Werken als logopedist: voor Rian de perfecte balans tussen regelmaat en variatie

Werken als logopedist: voor Rian de perfecte balans tussen regelmaat en variatie

“Het werk van logopedist is veel breder en veelzijdiger dan ik van tevoren had gedacht”, vertelt Rian, die zich na een aantal jaren als fulltime ouder liet omscholen tot logopedist. Eerder werkte ze als verpleegkundige op de kinderafdeling van het ziekenhuis. Maar de combinatie van onregelmatige diensten en een jong gezin werd steeds lastiger, daarom besloot ze om te stoppen. In haar huidige functie komt haar werkervaring goed van pas. “Ik wil niet meer anders. Het is een afwisselende baan en daarbij is de regelmaat heel erg fijn.”

Deeltijdopleiding

Toen haar jongste twee was, startte Rian met de deeltijdopleiding tot logopedist. “Een opleiding volgen naast het gezin vraagt best veel, maar ik was supergemotiveerd. Alles wat ik niet wist, zocht ik ’s avonds op in mijn boeken. “Mijn insteek en houding was: ik wil er alles uithalen.” Haar ervaring als verpleegkundige bleek een waardevolle basis. “Het contact met de kinderen en de begeleiding van de ouders vond ik altijd al superleuk. Dat neem ik één op één mee in mijn werk als logopedist.”

Blij met de stap

Na haar diplomering begon ze met een zwangerschapsvervanging in een kleine logopediepraktijk. Daarna solliciteerde ze bij Logopedisch Centrum Noord. “Het voelde direct goed. De sfeer, de collega’s, de inhoud van het werk. Ik ben heel blij dat ik deze stap heb gezet.” Het werken in een team bevalt haar goed. “Ik doe veel ervaring op en vind het fijn dat ik met collega’s kan sparren.”

Puzzelen

Elke behandeling start met een intake. “Bij een intake luister ik niet alleen naar wat iemand moeilijk vindt, maar juist ook wat iemand wel kan en leuk vindt. Als het een beetje kan, laat ik dat terugkomen in de behandeling. Een kind dat graag tekent? Dan gebruik ik tekenen in de oefeningen. Zo probeer ik weerstand om te buigen naar plezier. Elke cliënt is eigenlijk een puzzel: wat is er precies aan de hand en welke stukjes moet ik leggen om vooruit te komen?” Deze uitdaging spreekt Rian enorm aan.

Een feestje vieren

Vol enthousiasme vertelt ze over een mooi succes. “Ik behandelde eens een jongetje dat heel veel moeite had met de klank ‘k’. We hebben weken intens geoefend. Na de zomervakantie kwam hij binnenlopen met een grote lach en een koekje in zijn hand. “Juf.. juf.. juf.. koek,” zei hij. Die trots, dat is goud waard. Dan vier je een klein feestje, samen met het kind en de ouders. Voor mezelf is het ook een bijzonder moment. Het is enorm fijn om te merken dat kinderen echt vooruitgaan!”